Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

Grotere kans op hartinfarct en kanker bij JAK-remmers

PW13 - 23-03-2023
Bij het gebruik van JAK-remmers is er een grotere kans op kanker, hart- en vaatziekten, ernstige infecties of overlijden dan bij TNF-alfaremmers. Het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) adviseert deze medicijnen alleen voor te schrijven bij patiënten met een verhoogd risico op deze aandoeningen als er geen goede alternatieven zijn.
Grotere kans op hartinfarct en kanker bij JAK-remmers

Januskinase-inhibitors (JAKi) – ook wel JAK-remmers geheten – zijn geneesmiddelen die het afweersysteem onderdrukken, waardoor de klachten verminderen bij verschillende ontstekingsziektes.

JAK-remmers op de Europese markt zijn goedgekeurd voor onder meer reuma, psoriasis, eczeem of colitis ulcerosa. Deze geneesmiddelen hebben ieder een eigen goedgekeurd gebruik: Xeljanz (tofacitinib), Olumiant (baricitinib), Rinvoq (upadacitinib), Jyseleca (filgotinib) en Cibinqo (abrocitinib).

Volgens het CBG is in verschillende onderzoeken al gezien dat patiënten met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten bij het gebruik van de JAKi tofacitinib een groter risico ontwikkelden op kanker of een hartinfarct.Uit een ander onderzoek blijkt dat ook bij het gebruik de JAK-remmer baricitinib een verhoogd risico op hartinfarct of trombose ontstaat.

De onderzoeken zijn uitgevoerd bij patiënten met reuma. De resultaten zijn ook van toepassing op patiënten die JAK-remmers krijgen voor andere indicaties.

Adviezen

Op basis van deze onderzoeken en na beoordeling door de Europese geneesmiddelenbewakingscommissie PRAC is een aantal aanbevelingen opgesteld voor zorgverleners. Zorgverleners krijgen onder meer het advies JAKi’s alleen voor te schrijven als er geen andere geschikte behandeling mogelijk is bij patiënten van 65 jaar en ouder, die roken of in het verleden hebben gerookt, met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten en patiënten met risicofactoren op kanker.

Daarnaast adviseert het CBG voorzichtig te zijn bij patiënten met andere risicofactoren voor veneuze trombo-embolie (VTE) dan hiervoor beschreven, en met patiënten de risico’s te bespreken van deze geneesmiddelen, zoals hartinfarct of kanker.

Risico-informatie

In overleg met het CBG en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) hebben de handelsvergunninghouders AbbVie, Eli Lilly, Galapagos en Pfizer over dit onderwerp een brief met risico-informatie – Direct Healthcare Professional Communication (DHPC) – verstuurd naar onder anderen allergologen, dermatologen, reumatologen en ziekenhuisapothekers en poliklinisch apothekers.

Document acties

Back to top