Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

Rechter: VGZ moet wél taperingstrip vergoeden

PW03 - 13-01-2020
Zorgverzekeraar VGZ mag de vergoeding van magistraal bereide afbouwmedicatie voor antidepressiva niet weigeren met als reden dat geregistreerde medicatie in vloeibare vorm volstaat. Dat oordeelde de rechter in een geschil tussen VGZ en de Vereniging Afbouwmedicatie.
Rechter: VGZ moet wél taperingstrip vergoeden

Volgens de Rechtbank Gelderland, die eind december uitspraak deed in dit kort geding, moet VGZ ook de magistraal bereide afbouwmedicatie – in de vorm van taperingstips – vergoeden als de behandelend arts van mening is dat het voor een patiënt niet passend is zijn antidepressiva af te bouwen met geregistreerde geneesmiddelen. VGZ mag dit niet toetsen, ook niet achteraf. 

Een magistraal bereide taperingstrip bestaat uit een medicatierol met 28 dagdoseringen in de vorm van tabletten of capsules, waarbij de dosis werkzame stof elke dag lager is. Met een of meer taperingstrips kan het medicijngebruik in een aantal weken of maanden worden afgebouwd. Deze magistrale bereiding wordt geleverd door de Regenboog Apotheek.

Kernvraag in deze zaak is of, en zo ja in hoeverre, de taperingstrips vergoed moeten worden door VGZ. Volgens de Vereniging Afbouwmedicatie, die de belangen behartigt van patiënten die op een verantwoorde wijze willen afbouwen, handelt de zorgverzekeraar onrechtmatig door zijn verzekerden de vergoeding van deze afbouwmedicatie te onthouden. De vereniging eist dan ook dat de zorgverzekeraar de taperingstrips in alle gevallen vergoedt.

Rationele farmacotherapie

De rechter geeft aan dat verzekerden aanspraak kunnen maken op bereide geneesmiddelen, mits het rationele farmacotherapie betreft, maar in de wet is daarvan geen definitie opgenomen. Volgens de vereniging moet daarbij het internationaal gebruikte criterium worden gevolgd van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), dat niet de eis kent dat de effectiviteit van een geneesmiddel moet blijken uit de wetenschappelijke literatuur.

VGZ betwist dat deze definitie leidend is en verwijst naar de definitie die Zorginstituut Nederland (ZIN) hanteert in het Farmacotherapeutisch Kompas. Die stelt dat de effectiviteit moet blijken uit de literatuur, en dat de behandeling ook het meest economisch is voor de zorgverzekering. Omdat zin de grenzen bewaakt van het verzekerd pakket, volgt ook de rechter deze definitie.

Onderbouwing

Voor de effectiviteit van afbouwdoseringen antidepressiva ontbreekt wetenschappelijk onderzoek, maar het multidisciplinair document Afbouwen SSRI’s en SNRI’s, dat in 2018 is opgesteld door diverse beroepsgroepen waaronder knmp en nhg, biedt daarvoor volgens de rechter voldoende onderbouwing. Omdat de taperingstrips afwijken van het afbouwschema zoals beschreven in dit document komen die niet in aanmerking voor vergoeding, redeneert VGZ.

In een eerder geschil tussen de zorgverzekeraar en de vereniging stelde de rechter vorig jaar dat VGZ voldoende tegemoet komt aan de behoeften van patiënten door alleen bepaalde in de handel verkrijgbare afbouwmedicatie in vloeibare vorm te vergoeden. Nu oordeelt de rechter dus anders: VGZ moet de taperingstrips vergoeden als de behandelend arts daarvoor kiest.

Document acties

Back to top