Apothekers verliezen kort geding Achmea
Rechter: omvang verlies apotheken onduidelijk
De Rechtbank Midden-Nederland moest oordelen of de toepassing van de Achmea Geneesmiddelen Prijs (AGP) onaanvaardbaar is. Volgens de Amsterdamse apothekers, aangesloten bij het Strategisch Beraad Amsterdam (SBA), moeten zij door deze eigen prijslijst van Achmea geneesmiddelen onder de kostprijs leveren. Hierdoor zouden zij aanzienlijke verliezen lijden per apotheek.
Volgens de rechter ontvangen apothekers van Achmea weliswaar een vergoeding die lager is dan de Apothekers Inkoop Prijs (AIP), maar dat alleen betekent niet dat toepassing van het systeem onaanvaardbaar is. Daarbij spelen vele omstandigheden een rol en die zijn in dit kort geding onvoldoende uitgekristalliseerd. Zo vindt de rechter het onduidelijk wat de omvang is van de verliezen van de apothekers. Ook zou er meer rekening moeten worden gehouden met de overige vergoedingen die de apothekers van Achmea ontvangen. En apothekers bedingen volgens Achmea vaak nog inkoopkortingen op de AIP, aldus de rechter.
Volgens apotheker Omid Mehrani, woordvoerder van het SBA, bewijst de uitspraak dat zorgverzekeraars grote macht krijgen om de zorg betaalbaar te houden. “Achmea heeft in twee jaar tijd bijna € 4 miljoen extra verdiend ten koste van alle apothekers. Dat bedrag heeft de zorgverzekeraar genoemd tijdens de rechtszaak.”
Contract
Ook moest de rechter oordelen over de vraag of de overeenkomst die Achmea en de apothekers sloten over de vergoedingen – op basis van de AGP – in 2013 nog wel van kracht is. Volgens de apothekers is de overeenkomst die dit regelde alleen voor 2012 aangegaan. Achmea zou namelijk hebben aangegeven dat de AGP is ingevoerd om de mogelijke verdwijning van de G-Standaard te vervangen, met 2012 als overgangsjaar. Maar aangezien de G-Standaard er nog steeds is, is volgens de apothekers de noodzaak vervallen om de AGP in 2013 te handhaven. Achmea is echter van mening dat de AGP wel degelijk is aangegaan voor 2012 en 2013.
Volgens de rechter hebben de partijen een contract gesloten van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2013, en dus geldt de AGP ook in 2013. In de bijlage bij de overeenkomst staat volgens de rechter verder vermeld dat de prijzen van de geneesmiddelen op vier momenten worden aangepast, waarvan twee in 2013.
Mehrani vindt het spijtig dat de rechter niet heeft kunnen doorgronden dat de AGP in 2013 op een onredelijke basis is voortgezet. “Volgens mij vragen we niet veel van de zorgverzekeraars: eerlijke contracten zonder financiële lekkagesystemen.”
We zien publicatie van stuk B en C in vertrouwen tegemoet. Op die stukken van Achmea baseert de Rechter zich om te stellen dat het met de verliezen van die apothekers wel meevalt. Tevens gooit deze Rechter de tarieven voor de materiaalkosten en die voor de vergoeding van de zorg op 1 hoop: verliezen op de ene worden gecompenseerd door 'winst' op de andere. Wat zegt de NZa hierover? De NZa is immers de bedenker van de systematiek? Hoe moet dat dan na scheiding van zorg en handel? concurrentie tussen distributeurs apart van de concurrentie tussen de zorgleveranciers? Een systeemwijziging die de KNMP ook zegt voor te staan? Een grote sprong voorwaarts? Mao in de herhaling? De Rechter zegt verstandige dingen over de Z-index AIP; schaf die gewoon af, dan is de factuurprijs gewoon de declaratieprijs en de vergoedingsprijs. Dan is iedereen van alles af en kan er weer zorg worden verleend. Kort Geding is om dat te verwezenlijken niet het juiste middel. Zegt de Rechter ter overvloede nog eens bij.
Dus wat moet de KNMP nu doen? Afschaffen van de prijslijst, bodemprocedure starten en stoppen met onzin over scheiding van distributie en zorg; nergens in de wereld vertoond omdat dat niet werkt! Vestigingsbeleid! Spreiding van volwaardige apotheken borgen. Menukaart model van Sebastiaan Wegman invoeren.
Maar ja, daar moet je wel lef voor hebben.