Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

Toename in gebruik borstkankermedicatie

PW Magazine 48, jaar 2011 - 23-11-2011
Het medicatiegebruik bij vrouwen met borstkanker neemt toe. Ook hebben borstkankerpatiënten een verhoogd risico op cardiovasculaire problemen vergeleken met patiënten die geen kanker hebben. Dat zijn enkele conclusies uit het promotieonderzoek van Myrthe van Herk-Sukel.
Toename in gebruik borstkankermedicatie

Van Herk-Sukel, onderzoeker bij het PHARMO Instituut in Utrecht, promoveerde 11 november op haar proefschrift Medication use among women with breast cancer in the Netherlands. Gegevens over medicatiegebruik door vrouwen met  borstkanker haalde ze uit een nieuwe onderzoeksdatabank waarin de kankerregistratie van het Integraal Kankercentrum Zuid is gekoppeld aan de databanken van het PHARMO Instituut.

Uit analyse van de gegevens in de periode 1990-2006 bleek dat het percentage patiënten met operabel mammacarcinoom dat met geneesmiddelen werd behandeld toenam van 37% in de periode van 1990-1997 tot 53% in 2002-2006.

“Deze toename bleek vooral bij borstkankerpatiënten zonder lymfekliermetastasen”, zegt Van Herk-Sukel. Daarnaast steeg ook het aantal beschikbare geneesmiddelen voor de behandeling van borstkanker.

Ook bleek uit het onderzoek van Van Herk-Sukel dat slechts de helft van de borstkankerpatiënten hormoontherapie vijf jaar lang volhoudt, wat volgens de richtlijnen zou moeten. Patiënten ouder dan 70 jaar bleken deze behandeling vaker voortijdig te stoppen dan patiënten tussen 50 en 69 jaar. Hoe meer andere ziekten de patiënt had op het moment van de borstkankerdiagnose, hoe groter de kans op voortijdig stoppen van de hormoonbehandeling.

Verder keek Van Herk-Sukel naar het optreden van hart- en vaatziekten na toediening van chemotherapie. Cardiotoxische chemotherapie bleek anderhalf jaar na de behandeling de incidentie van hart- vaatziekten niet te verhogen in vergelijking met niet-cardiotoxische chemotherapeutica. “Ouderen of patiënten met hart- en vaatziekten kregen op het moment van de diagnose minder vaak cardiotoxische chemotherapeutica toegediend. Specialisten lijken dus de keuze voor een chemotherapie af te stemmen op de aanwezigheid van hart- en vaatziekten”, zegt Van Herk-Sukel.

Borstkankerpatiënten bleken in het jaar voor de diagnose een meer dan tweemaal verhoogde kans te hebben op een ziekenhuisopname voor een hartinfarct, herseninfarct en longembolie in vergelijking met patiënten die geen kanker hebben. Mogelijk komt dit doordat factoren zoals overgewicht het risico op zowel borstkanker als trombose verhogen, zo stelt de Utrechtse onderzoeker.

Document acties

Back to top