Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

Psoriasis: briakinumab werkt beter

PW Magazine 49, jaar 2011 - 07-12-2011
Briakinumab, een monoklonaal antilichaam dat gericht is tegen interleukine-12 en interleukine-23, heeft een hogere effectiviteit dan methotrexaat bij patiënten met milde tot ernstige psoriasis. Dit concluderen Duitse en Canadese onderzoekers.
Psoriasis: briakinumab werkt beter

Psoriasis is een chronische huidaandoening die wordt gekarakteriseerd door T-cel-gemedieerde systemische inflammatie. Kenmerkend is een versnelde deling en verminderde rijping van de opperhuid. Lokaal ontstaan daardoor roodheid en sterke afschilfering van de huid. De aandoening heeft een duidelijke invloed op de kwaliteit van leven van patiënten.

Interleukine-12 en interleukine-23 spelen belangrijke rollen in de pathogenese van psoriasis. Interleukine-12 bevordert de groei en werking van T-cellen. Hierdoor stimuleert het onder meer de productie van interferon gamma en tumornecrosefactor alfa. Interleukine-23 stimuleert de aanmaak van interleukine-17 en interleukine-22. Bij psoriasis blijkt er een overexpressie te zijn van de p40-eiwit-subeenheid. Deze subeenheid komt voor op zowel interleukine-12 als interleukine-23.

Zowel briakinumab als ustekinumab (allebei monoklonale antilichamen gericht tegen het p40-molecuul van interleukine-12 en interleukine-23) hebben effectiviteit laten zien bij patiënten met psoriasis.

Ondanks het sterke bewijs dat dit soort biologicals effectief zijn bij psoriasis, is het belangrijk deze middelen te vergelijken met de gangbare systemische middelen zoals methotrexaat, zo geven de onderzoekers aan.

Hiertoe onderzochten zij 317 patiënten met milde tot ernstige psoriasis gedurende 52 weken [N Engl J Med 2011; 365:1586-96]. De helft werd behandeld met 200 mg briakinumab in week nul en vier en vanaf week acht 100 mg elke vier weken. De andere helft kreeg methotrexaat 5 tot 25 mg per week. Eindpunten waren het percentage patiënten met minimaal 75% verbetering in PASI-score (psoriasis area and severity index) in de weken 24 en 52, en een artsbepalingstest van de ziekte (0=geen zichtbare ziekte, 1=minimale ziekte) ook in de weken 24 en 52.

In week 24 bleek 81,8% van de briakinumab-gebruikers minimaal 75% verbetering in PASI-score te hebben versus 39,9% in de methotrexaat-groep. Achtereenvolgens 80,5% en 34,4% had een score van 0 of 1 bij de artsbepalingstest. In week 52 waren de scores achtereenvolgens 66,2% versus 23,9% (PASI) en 63,0% versus 20,2% (artsbepalingstest).

Ernstige infecties en kanker kwamen als bijwerking vaker voor in de briakinumabgroep maar de verschillen bleken niet significant.

Document acties

Back to top