Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

Toekomstige vaders hoeven anti-epileptica niet te vermijden

PW35 - 19-08-2025
Het gebruik van specifieke anti-epileptica door toekomstige vaders hoeft niet te worden ontraden. Dit staat in de herziene richtlijn Epilepsie. Volgens het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG), dat niet betrokken is bij de richtlijn, zijn er nog steeds voorzorgsmaatregelen van kracht.
Toekomstige vaders hoeven anti-epileptica niet te vermijden

Volgens de vernieuwde richtlijn Epilepsie lijkt het niet nodig dat mannen in de vruchtbare leeftijd anti-epileptica zoals valproïnezuur en topiramaat ontraden. Een grootschalig Deens onderzoek, waarin geen verhoogd risico werd vastgesteld op ontwikkelingsstoornissen, autisme of bepaalde ernstige congenitale malformaties na het gebruik van valproïnezuur tijdens de spermatogenese, zou die conclusie ondersteunen.

Enkele casusrapporten beschrijven een toename van fertiliteit na verlaging van de dosis valproïnezuur. Dierstudies tonen testiculaire toxiciteit aan bij gebruik van dit middel. Gezien de mogelijke invloed op de spermakwaliteit, kan volgens de richtlijn bij fertiliteitsproblematiek laagdrempelig semenonderzoek worden overwogen. 

CBG

Het CBG geeft aan dat er een mogelijk verhoogd risico is aangetoond op ontwikkelingsstoornissen in de hersenen bij kinderen van vaders die tijdens de bevruchting valproïnezuur gebruikten. Het is daarom belangrijk dat artsen mannen informeren over het mogelijke risico van het gebruik van dit middel op het moment dat ze een kinderwens hebben. De Europese geneesmiddelenbewakingscommissie is bezig met een beoordeling naar het risico van neurologische ontwikkelingsstoornissen bij het kind na gebruik van valproïnezuur door de vader tijdens en in de drie maanden voorafgaand aan de bevruchting. De voorzorgsmaatregelen zijn volgens het CBG nog steeds van toepassing tot er meer duidelijkheid is.

Voor topiramaat is er geen literatuur die wijst op teratogene effecten of ontwikkelingsproblemen bij kinderen van vaders die het middel tijdens de spermatogenese gebruikten. Alleen een dierstudie bij ratten liet een negatief effect zien op spermatogenese en fertiliteit.

Zwangerschap

De herziene richtlijn bevat daarnaast aanbevelingen voor het gebruik van anti-epileptica rondom de zwangerschap. Serumspiegels van lamotrigine, oxcarbazepine, levetiracetam en fenytoïne kunnen dalen tijdens de zwangerschap. Daarom wordt geadviseerd deze voorafgaand aan en gedurende de zwangerschap te monitoren. Van lamotrigine, oxcarbazepine en levetiracetam is een lagere serumconcentratie te overwegen.

Ook wordt aanbevolen met alle vrouwen in de vruchtbare levensfase het risico op congenitale malformaties en mogelijke ontwikkelingsstoornissen bij gebruik van anti-epileptica te bespreken. Hogere doseringen van valproïnezuur (meer dan 700 mg per dag), topiramaat en polytherapie met deze middelen zijn geassocieerd met een verhoogde kans op afwijkingen. Het voorschrijven van deze middelen blijft beperkt tot situaties waarin geen alternatieven beschikbaar zijn.

Osteoporose

Verder adviseert de richtlijn suppletie met vitamine D voor alle patiënten, omdat anti-epileptica het risico op osteoporose verhogen. Voor patiënten vanaf 60 jaar bestaat een screeningslijst om te bepalen of verder onderzoek naar osteoporose gewenst is.

Document acties

gearchiveerd onder: richtlijn, epilepsie, cbg
Back to top