Standaard profylactisch antibiotica na vacuümverlossing ontraden
Profylactische antibiotica zouden mogelijk infecties na de bevalling helpen voorkomen. Het risico op een infectie en op heropname in het ziekenhuis kan na een vaginale bevalling met vacuüm- of tangondersteuning hoger zijn dan bij een spontane vaginale bevalling. Maar het effect van profylactische antibiotica op het verminderen van postpartuminfecties na een vacuümbevalling is onzeker.
Er is onvoldoende bewijs gevonden voor het toedienen van profylactische antibiotica bij een vaginale kunstverlossing. Ook kunnen antibiotica bijwerkingen en allergische reacties geven en bijdragen aan de ontwikkeling van antibioticaresistentie.
Instrument
Bij een vaginale kunstverlossing helpt een gynaecoloog met een verlostang (forceps) of een vacuümcup bij de geboorte van een kind. Bijna tien procent van alle bevallingen in Nederland eindigt in een vaginale kunstverlossing, waarbij het percentage tangverlossingen (forcipale extracties) de afgelopen decennia is afgenomen en het percentage vacuümextracties toegenomen. Het is onduidelijk welk instrument het meest veilig en effectief is in de à terme en in de preterme periode.
De richtlijn van de NVOG is tot stand gekomen in samenwerking met de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV) en de Patiëntenfederatie Nederland.