Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

‘Toekomst onzeker voor miljoenen besparende biosimilars’

PW17 - 17-04-2024
Biosimilars leveren besparingen op tot bijna € 800 miljoen per jaar. Maar de toekomst is onzeker doordat in de komende jaren slechts voor een klein aantal biologicals na verloop van de marktexclusiviteit biosimilars zullen komen. Dat blijkt uit onderzoek van het Instituut Verantwoord Medicijngebruik (IVM).
‘Toekomst onzeker voor miljoenen besparende biosimilars’

In 2015 kwamen de eerste biosimilars van monoklonale antilichamen op de Nederlandse markt. Volgens berekeningen van het IVM heeft de inzet van biosimilars bij vijf verschillende biologische geneesmiddelen in de periode 2015-2022 geleid tot een kostenbesparing van 82%.

Biosimilars worden in de regel aangeboden tegen een lagere prijs dan het referentiegeneesmiddel, en dat is de eerste stap naar verlaging van de kosten voor geneesmiddelen.

Nederland gaf in 2015 aan deze medicijnen € 662 miljoen uit; in 2022 waren de uitgaven voor dezelfde middelen gedaald tot € 169 miljoen, terwijl er veel meer patiënten werden behandeld. "Als we het aantal patiënten uit 2022 zouden hebben behandeld tegen de kosten per patiënt van 2015 dan had dat € 954 miljoen gekost, maar we gaven € 169 miljoen uit", stelt IVM in het rapport ‘Biosimilars Beloften Waargemaakt’, dat het instituut uitvoerde in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), samen met de Initiatiefgroep Biosimilars Nederland.

TNF-alfaremmers

Verder blijkt uit het onderzoek dat de uitgaven per patiënt per jaar dalen na de introductie van biosimilars met 70 tot 80%. Dit gebeurt stapsgewijs, met de grootste prijsdaling in de eerste jaren na introductie van deze merkloze alternatieven.

Bij de TNF-alfaremmers zijn voor drie van de vijf stoffen biosimilars beschikbaar. De uitgaven per patiënt per jaar daalden ook voor de producten waarvoor nog een biosimilar beschikbaar is, met ongeveer 35%.

De lagere prijzen van biologische geneesmiddelen hebben, volgens de onderzoekers, een positief effect op patiënten doordat meer patiënten eerder kunnen worden behandeld met een biosimilar of gelijkwaardig geprijsd alternatief.

Ziekenhuizen

Tussen 2019 en 2022 is het aantal patiënten dat een biosimilar gebruikt meer dan verdubbeld, blijkt uit cijfers van het IVM. Met name de UMC’s – die tot 2022 relatief weinig biosimilars verstrekten – maakten een inhaalslag in 2022, die waarschijnlijk grotendeels door het product adalimumab wordt verklaard, aldus de onderzoekers.

In de Nederlandse ziekenhuizen is de concurrentie tussen biologische medicijnen op gang gebracht door de komst van biosimilars, concludeert IVM, maar er zijn grote verschillen tussen ziekenhuizen in het overstappen op deze merkloze middelen, vooral bij subcutaan toegediende referentiegeneesmiddelen. In alle ziekenhuizen blijft dan ook ruimte voor individueel maatwerk, benadrukt het instituut, dat zich zorgen maakt over de toekomst van biosimilars.

Onzekere markt

Het IVM verwacht dat in de komende jaren slechts voor een minderheid van de biologische medicijnen na het verlopen van het patent biosimilars op de markt komen. De kosten om een biosimilar te ontwikkelen – $ 100 tot $ 300 miljoen – wegen niet op tegen de onzekere markt met de lage prijzen die momenteel voor deze merkloze medicijnen worden betaald. Het “agressieve onderhandelen” over de prijs van biosimilars heeft, volgens IVM, in steeds meer gevallen een negatief effect op de komst van nieuwe biosimilars.

Betrouwbare informatie

Onafhankelijke en betrouwbare informatie voor zorgverleners en patiënten over nieuwe biosimilars is nodig volgens het IVM, dat naar eigen zeggen aandacht blijft vragen voor een zorgvuldige introductie van deze geneesmiddelen.

Het IVM heeft begin dit jaar het gedachtegoed en het beheer van de website overgenomen van de Initiatiefgroep Biosimilars Nederland, die vanwege gebrek aan financiële middelen is gestopt.

Document acties

gearchiveerd onder: biosimilars
Back to top