Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

Softwarefout: apotheker valt niets te verwijten

Tuchtrechter vernietigt waarschuwing in hoger beroep

PW Magazine 28/29, jaar 2012 - 11-07-2012
Een patiënt gaf zijn apotheker geen toestemming de medicatiegegevens aan derden te verstrekken. Bij een Ozis-opschoningsactie werd het dossier abusievelijk gedeblokkeerd waarna de apotheker in eerste aanleg een tuchtrechtelijke waarschuwing kreeg. Het Centraal Tuchtcollege vernietigde deze beslissing in hoger beroep.

2012pw28p04Het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg deed op 14 juni uitspraak in deze zaak. Hiermee komt de aan de apotheker opgelegde maatregel van waarschuwing te vervallen, die het Regionaal Tuchtcollege Amsterdam vorig jaar had opgelegd.

De apotheker had in juli 2008 op verzoek van de klager – de patiënt – zijn medicatiegegevens in het apotheekinformatiesysteem geblokkeerd met de status ‘tijdelijke patiënt’. Op dat moment was dat de enige mogelijkheid om aan de wens van de patiënt tegemoet te komen. Bij de landelijke Ozis-opschoningsactie in datzelfde jaar –  ter voorbereiding op het EPD en het LSP – deblokkeerde de apotheker abusievelijk zijn gegevens door de status onbedoeld te wijzigen in ‘vaste patiënt’. Het Regionaal Tuchtcollege vond dit deblokkeren tuchtrechtelijk verwijtbaar en legde de maatregel van waarschuwing op. De apotheker ging tegen deze uitspraak in beroep.

Softwarehuis

Het Centraal Tuchtcollege vindt de deblokkade niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. De apotheker maakte destijds gebruik van een algemeen geaccepteerd softwaresysteem, waarbij volgens het softwarehuis de status ‘tijdelijke patiënt’ de enige mogelijkheid was voor een blokkade van de gegevens. De apotheker mocht in dit geval op de deskundigheid van het softwarehuis vertrouwen en had er niet op bedacht hoeven zijn dat de landelijke Ozis-opschoningsactie de blokkering ongedaan zou maken.

Verder heeft de apotheker volgens het Centraal Tuchtcollege zowel richting patiënt als richting zijn beroepsgenoten adequaat gehandeld. De apotheker stond de patiënt direct te woord en had schriftelijk excuses aangeboden. Verder is het geval gemeld bij de KNMP en  de apotheker heeft inmiddels een ander softwaresysteem aangeschaft.

Naar aanleiding van de principiële bezwaren van de klager tegen het zonder toestemming opnemen in een elektronisch uitwisselingssysteem werd door het College overwogen dat los van de opt-in-regeling – met uitdrukkelijke voorafgaande toestemming – die inmiddels algemeen is geaccepteerd, in het betreffende systeem de expliciete toestemming van de patiënt als voorwaarde gold voor daadwerkelijke raadpleging van de in het systeem opgenomen gegevens. Het college benadrukt daarmee het belang van toestemming per zorgvraag.

Document acties

Back to top