Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

Bijna kwart miljard euro buiten het basispakket

Eigen betalingen aan receptgeneesmiddelen in 2015 vrijwel gelijk aan 2014

PW 6 - 10-02-2016 | door SFK
De uitgaven aan receptplichtige geneesmiddelen die niet binnen de basisverzekering vallen, bedroegen in 2015 € 195 miljoen. Daarnaast moesten patiënten voor € 41 miljoen bijbetalen omdat de prijs van de fabrikant hoger was dan de door de overheid gestelde limiet. Met een totaal van € 236 miljoen zijn die uitgaven daarmee vrijwel gelijk aan die van 2014. Dit meldt de SFK in het Pharmaceutisch Weekblad.

Het grootste deel van de geneesmiddelen waarvoor een recept nodig is, hoort in Nederland tot het basispakket. Deze vallen wel onder het eigen risico van verzekerden. Zolang dit eigen risico nog niet vol is, rekent de zorgverzekeraar de kosten van geneesmiddelen door aan de verzekerde. Dat zijn niet de enige kosten die verzekerden voor eigen rekening moeten nemen. Ook de kosten van medicijnen die niet in het basispakket zijn opgenomen, betalen mensen doorgaans zelf.

Daarnaast zijn er geneesmiddelen die voorwaardelijk uit het basispakket worden vergoed. Als de verstrekking niet aan de gestelde voorwaarden voldoet, moeten verzekerden ook deze middelen zelf betalen. In 2015 kwam het totale bedrag aan niet vergoede geneesmiddelen uit op € 195 miljoen en is daarmee vrijwel gelijk aan dat in 2014. Dit bedrag is inclusief vergoeding voor de dienstverlening door de apotheek en de btw.

Bijbetaling

Naast de niet vergoede geneesmiddelen zijn er ook medicijnen waarvoor patiënten een deel van de geneesmiddelenkosten moeten bijbetalen. Deze bijbetaling geldt voor geneesmiddelen waarvan de fabrikant de prijs boven de door de overheid vastgestelde limiet van het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS) heeft vastgesteld.  Het totaalbedrag aan bijbetalingen in 2015 bedroeg € 41 miljoen, inclusief btw. Dit is € 2 miljoen meer dan in 2014. De bijbetalingen worden overigens niet altijd echt door patiënten opgehoest. Voor sommige bijbetalingsgeneesmiddelen bestaan betalingsregelingen waarbij de fabrikant de kosten op zich neemt omdat ze de officiële prijs niet willen laten zakken. Ook zijn er verzekeraars die bijbetalingskosten geheel of gedeeltelijk via de aanvullende verzekering vergoeden.

Grootste groepen

Orale en lokale anticonceptiva nemen samen met een bedrag van bijna € 59 miljoen een kwart van de uitgaven buiten het basispakket voor hun rekening. Voor deze middelen geldt een voorwaardelijke vergoeding. Op enkele uitzonderingen na is de vergoeding van hormonale en lokale anticonceptiva beperkt tot verzekerden van 20 jaar en jonger. Een klein deel van de bijna € 59 miljoen bestaat uit bijbetaling door jonge gebruiksters omdat ze een pil slikken die hoger geprijsd is dan de vergoedingslimiet.

De uitgaven aan slaap- en kalmeringsmiddelen buiten het basispakket bedragen iets meer de € 54 miljoen. Vanaf 2009 worden deze middelen alleen nog in een aantal specifieke situaties vergoed. Medicijnen bij ADHD horen wel tot het basispakket, maar de prijs voor sommige merken en varianten is hoger dan de door de overheid gestelde limiet waardoor patiënten in totaal voor bijna € 26 miljoen moeten bijbetalen of dit bedrag via aanvullende verzekering terugkrijgen.

Tabel 1. Kwart van de uitgaven buiten het pakket is voor anticonceptiva

Tabel

Top 10 van receptgeneesmiddelen met uitgaven (x miljoen €) buiten basispakket in 2015 (inclusief btw).

Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits onder volledige bronvermelding

Document acties

gearchiveerd onder: Kosten, geneesmiddelen
Back to top