Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

Herexamen 2025 PW44

PW44 - 29-10-2025 | door Marianne le Comte, Geneesmiddel Informatie Centrum/KNMP en Matthijs L. Becker, ziekenhuisapotheker, Spaarne Gasthuis, Haarlem/Hoofddorp

U krijgt een recept voor een eerste uitgifte verapamil mga 120 mg 1x per dag, bij een patiënt die al behandeld wordt met metformine 500 mg 2x per dag. Dit geeft een interactiemelding. Wat doet u?

Er is niet één goed antwoord, er zijn meerdere opties mogelijk.

  1. Meerdere antwoorden kunnen goed zijn
  2. U overlegt met de voorschrijver over vervanging van verapamil door een ander middel.
  3. U vertelt de patiënt dat het bloedglucose extra moet worden gecontroleerd in het begin, omdat het bloedglucose kan dalen na start van verapamil.
  4. U vertelt de patiënt dat het bloedglucose extra moet worden gecontroleerd in het begin, omdat het bloedglucose kan fluctueren na start van verapamil.
  5. U vertelt de patiënt dat het bloedglucose extra moet worden gecontroleerd in het begin, omdat het bloedglucose kan stijgen na start van verapamil.

Toelichting

Het juiste antwoord is: meerdere antwoorden kunnen goed zijn

De werking van metformine kan afnemen door verapamil, met als mogelijk gevolg stijging van het bloedglucose (antwoord 'U vertelt de patiënt dat het bloedglucose extra moet worden gecontroleerd in het begin, omdat het bloedglucose kan stijgen na start van verapamil' is goed).

Metformine wordt getransporteerd door de organische kationtransporters 1 en 2 (OCT1 en OCT2) en de multidrug and toxin extrusion (MATE)-transporters. De OCT-transporters zorgen voor transport de cel in, terwijl de MATE-transporters zorgen voor transport de cel uit. Voor de interacties van metformine zijn de OCT1- en MATE1-transporter in de hepatocyten en de OCT2- en MATE2-K-transporter in de epitheelcellen van de nieren van belang. Verapamil remt OCT1 en vermindert de opname van metformine in de lever waardoor de effectiviteit kan afnemen. Na staken van verapamil kan de werking van metformine weer toenemen. Een tweede effect van deze interactie is dat er meer gastro-intestinale bijwerkingen kunnen optreden. Bij patiënten bleek een hogere incidentie voor metformine-intolerantie bij gebruik van een OCT1-remmer zoals verapamil.

Verapamil remt naast OCT1 ook CYP3A4 en P-gp, en kan zo de concentratie van substraten voor CYP3A4 en/of P-gp verhogen. De concentratie van metformine zal niet stijgen door verapamil omdat het geen substraat is voor CYP3A4 en/of P-gp (antwoord 'U vertelt de patiënt dat het bloedglucose extra moet worden gecontroleerd in het begin, omdat het bloedglucose kan dalen na start van verapamil' is niet logisch, antwoord 'U vertelt de patiënt dat het bloedglucose extra moet worden gecontroleerd in het begin, omdat het bloedglucose kan fluctueren na start van verapamil' is niet per se fout).

Ook kan worden overwogen om verapamil te vervangen door een ander geschikt middel, afhankelijk van de indicatie (antwoord 'U overlegt met de voorschrijver over vervanging van verapamil door een ander middel' kan een optie zijn). Dit alternatieve middel moet dan geen OCT-remmer zijn. 

Bron:

• KNMP Kennisbank, MFB 8503 Metformine + Verapamil. Geraadpleegd op 17-7-2025

Document acties

Back to top