Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

Herexamen 2021 PW51/52

PW51en52 - 22-12-2021 | door Sin Ying Chuah, Laboratorium der Nederlandse Apothekers/KNMP

Hier volgen twee stellingen over een zelftest. Welke zijn juist?

1. De sensitiviteit is de kans dat de zelftest een negatieve uitslag geeft bij mensen die de aandoening hebben.

2. De specificiteit is de kans dat de zelftest een negatieve uitslag geeft bij mensen die de aandoening niet hebben.

  1. Beide stellingen zijn juist.
  2. Beide stellingen zijn onjuist.
  3. Stelling 1 is juist, stelling 2 is onjuist.
  4. Stelling 1 is onjuist, stelling 2 is juist.

Toelichting

Het juiste antwoord is: stelling 1 is onjuist, stelling 2 is juist.

De sensitiviteit is de kans dat de test een positieve uitslag geeft bij mensen die de aandoening daadwerkelijk hebben. Het sensitiviteitspercentage geeft aan hoeveel terechte positieve uitslagen een test geeft. Dus hoe hoger de sensitiviteit, hoe beter een test de mensen met die aandoening opspoort. Het aantal vals-negatieve uitslagen (wel de ziekte, niet de uitslag) is dan laag.

De specificiteit is de kans dat de test een negatieve uitslag geeft bij mensen die de aandoening niet hebben. Het specificiteitspercentage geeft aan hoeveel terechte negatieve uitslagen een test geeft. Dus hoe hoger de specificiteit, hoe beter de test gezonde mensen als gezond aanwijst. Het aantal vals-positieven (niet de ziekte hebben, wel een positieve testuitslag) is dan laag.

Bronnen:

• LNA-mededeling Zelftesten in de apotheek

Vragen en antwoorden over corona-(zelf)testen op www.knmp.nl.

Document acties

Back to top