Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

Geen groei in gebruik nieuwe diabetesmiddelen

Stabilisatie is in lijn met NHG-advies om terughoudend voor te schrijven

PW 16 - 22-04-2016 | door SFK
Na enkele jaren van groei is het gebruik van de nieuwe generatie diabetesmiddelen ook in 2015 ongeveer gelijk aan dat in 2013 en 2014. Het gebruikersaandeel van deze middelen binnen de orale antidiabetica bedraagt in die jaren zo’n 9%, het aandeel in de kosten ongeveer 67%. Dit meldt de SFK in het Pharmaceutisch Weekblad.

In 2015 verstrekten Nederlandse openbare apotheken aan ongeveer 900.000 patiënten diabetesmedicatie. Van hen gebruikten 150.000 patiënten uitsluitend insuline of een insuline-analogon en 580.000 mensen uitsluitend een oraal bloedglucoseverlagend middel. Daarnaast zijn er 170.000 mensen die zowel een oraal bloedglucoseverlagend middel als insuline gebruiken.

Metformine

Bij de medicamenteuze behandeling van diabetes mellitus type 2, waarbij in principe orale bloedglucoseverlagende middelen worden ingezet, is volgens de NHG-standaard Diabetes mellitus type 2 metformine het eerstekeusmiddel. Uit gegevens van de sfk blijkt dat nagenoeg alle nieuwe gebruikers van orale antidiabetica ook inderdaad met dit geneesmiddel starten. In 2015 gebruikten in totaal 680.000 personen metformine. Als metformine alléén te weinig effect heeft, kan het worden gecombineerd met een sulfonylureumderivaat. Wanneer zo’n combinatie onvoldoende effect sorteert, komt insulinetherapie in aanmerking, al dan niet in combinatie met een oraal antidiabeticum. Het gebruik van insuline kan worden uitgesteld door inzet van nieuwe generatie orale antidiabetica.

Nieuwe generatie

De vergoeding van de nieuwe generatie orale antidiabetesmiddelen, de DPP4-remmers, de GLP1-agonisten en de SGLT2-remmers, is beperkt
tot patiënten bij wie de combinatie van metformine en andere orale antidiabetica te weinig effect sorteert en die geen insuline gebruiken. De SGLT2-remmers zijn het kortst op de markt. Hun werking berust op de remming van de terugresorptie van insuline uit de primaire urine naar het bloed. Door deze remming daalt de glucosespiegel in het bloed.

Van de nieuwe generatie antidiabetica zijn sitagliptine met 29.000 gebruikers in 2015 en vildagliptine met 12.000 gebruikers de meest toegepaste DPP4-remmers. 11.000 mensen gebruiken de GLP1-agonist liraglutide en ruim 3000 de sglt2-remmer dapagliflozine. Overigens worden GLP1-agonisten niet oraal maar subcutaan toegepast. Desondanks is het niet ongebruikelijk om ze, vanwege hun inzet bij diabetes type 2, nog te scharen onder de groep orale antidiabetica.

Stabiel beeld

Nederlandse apothekers verstrekten in het afgelopen jaar aan 68.000 diabetespatiënten een antidiabeticum van de nieuwe generatie. Dat zijn er vrijwel evenveel als in 2013 en 2014. Dat is in lijn met het advies van het Nederlands Huisartsen Genootschap om nieuwe diabetesmiddelen vooralsnog niet voor te schrijven vanwege onvoldoende bewezen meerwaarde en uit oogpunt van kosteneffectiviteit. Want hoewel de gebruikers van de nieuwe generatie antidiabetica slechts 9% van alle gebruikers van orale bloedglucoseverlagende middelen uitmaken, nemen zij 67% van de geneesmiddelkosten in deze groep voor hun rekening. Voor alle orale bloedglucoseverlagende middelen komen deze kosten in 2015 uit op ruim € 49 miljoen.

Document acties

Back to top