Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

Evenveel medische fouten

PW Magazine 26, jaar 2011 - 30-06-2011
De kans om schade op te lopen door een medische fout is even groot in de huisartsenpraktijk als het ziekenhuis.

Dat blijkt uit Amerikaans onderzoek [JAMA. 2011;305(23):2427-2431]. Onderzoekers van het Weill Cornell Medical College zochten in de US National Practitioner Data Bank op hoeveel schadeclaims in 2009 waren betaald naar aanleiding van medische fouten in huisartsenpraktijken en ziekenhuizen. In totaal vonden ze bijna 11.000 betaalde schadeclaims terug, waarvan de ene helft was toe te schrijven aan medische missers en huisartsenpraktijken en de andere helft aan fouten in ziekenhuizen.

Document acties

Reacties

Anoniem
30-06-2011 19:44
zegt:

Tja. Er is wel een verschil in de soort fout (mal practice) die optrad:

"In the outpatient setting, the most common reason for a paid claim was diagnostic (45.9%; 95% CI, 44.4%-47.4%), whereas in the inpatient setting the most common reason was surgical (34.1%; 95% CI, 32.8%-35.4%). Major injury and death were the 2 most common outcomes in both settings."

De uitkomsten zijn wel gelijk: in beide gevallen ga je dood door medisch ingrijpen.

De RVZ kan in de handen knijpen: een prima reden voor het invoeren van No Cure, No Pay.

Anoniem
30-06-2011 21:55
zegt:

Typisch het moderne PW.

Amerikaans artikel wordt bloosloos overgenomen, zonder te kijken of het onderzoek ook in Nederland relevant is.

Alleen het kopje blijft hangen bij de twitter-generatie.

Anoniem
01-07-2011 13:39
zegt:

Daarom staat er ook een link in het artikel. Mensen die meer details willen weten, kunnen verder lezen.

Redactie PW

Anoniem
01-07-2011 17:14
zegt:

De kans om schade op te lopen door een medische fout is in de USA even groot in de huisartsenpraktijk als het ziekenhuis.

Anoniem
01-07-2011 20:03
zegt:

Welke kop gaat de KNMP/PW verzinnen bij onderstaande tekst?

3 bereidende apotheken voldoen aan de IGZ norm, op een totaal van 28. Allemaal volgens de Geneesmiddelenwet in overtreding, maar door een opzetje tussen KNMP/ZN/IGZ toch gedoogd. En dan nog voldoen 3 bereidende doorleverende apotheken aan de gestelde, illegale, norm.

Doelmatigheid kent geen grenzen in dit land. De klassieke bereidende apotheek, de Benchmark van de NZa, voldoet aan alle eisen: niet geregistreerde geneesmiddelen uitsluitend voor de eigen klantenkring bereid en op de markt verstrekt. Charges a 1 stuk en dan nog volgens gecertificeerde werkwijze met in proces controle. Aan MSD, GSK e.d. worden niet voor niets heel strenge eisen gesteld. De geneesmiddelenwet is daar heel duidelijk in. Als je toch gedoogd krijg je Volendam en Enschede in de herhaling. Dat blijkt ook hier weer: 3 op de 28 voldoen. 25 leveren niet geborgde kwaliteit. Onder de norm.

Reactie van de KNMP is dan ook merkwaardig voor een belangenbehartiger van de openbare farmacie tbv de bevolking in dit land.

Doelmatigheid nastreven kan ook haar doel voorbij schieten. Kwaliteit speelt bij de KNMP blijkbaar ook geen rol meer.


Reactie KNMP/NVZA IGZ-rapport collegiaal doorleveren van bereidingen

1 juli 2011

Geachte collega,

Op 30 juni 2011 heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) haar rapport gepubliceerd ‘Collegiaal doorleveren van geneesmiddelen: zorg op maat, kwaliteitsborging blijft achter’. [link naar http://igz.nl/zoeken/document.aspx?doc=Collegiaal_doorleveren_van_geneesmiddelen ]
Dit rapport vat de resultaten samen van inspecties bij 28 doorleverende apotheken, met een beschouwing en aanbevelingen.
IGZ heeft onderzocht hoe ver de apotheken zijn met het implementeren van de voorwaarden die voor doorleveren van bereidingen gelden zoals gesteld in IGZ-circulaire[1]. Bij de eerste groep van 8 apotheken, waaronder de meeste landelijk opererende bereidingsapotheken, heeft die inspectie al in 2008 en 2009 plaatsgevonden. Tussen september 2010 en januari 2011 heeft de Inspectie nog eens een tweede groep van 20 apotheken bezocht, waaronder 13 ziekenhuisapotheken.
Ook de afzonderlijke inspectierapporten staan op de site van IGZ: www.igz.nl/zoeken. Maak uw zoekopdracht specifiek door als type instelling te kiezen voor: Apotheek, grootbereider.
IGZ ziet deze eerste inspectieronde vooral als een stimulerende maatregel om de kwaliteitssystemen op orde te krijgen. Deze ronde zou beschouwd kunnen worden als een 0-meting.
3 apotheken voldeden op het moment van inspectie. De apotheken die nog niet voldeden worden opnieuw geïnspecteerd, maar op welke termijn dat gebeurt heeft IGZ niet vastgelegd.

Conclusie NVZA/KNMP: Bereidingsapotheken goed op weg
De Nederlandse apotheken bereiden noodzakelijke geneesmiddelen die niet in de handel zijn. Met doorleveren vergroten zij de doelmatigheid van dit proces. Er zijn zelfs apotheken ontstaan die zich toeleggen op bereiden voor andere apotheken. Door het hele rapport heen laat IGZ merken de noodzaak van bereiden en de noodzaak van doelmatigheid daarbij, te beseffen. Bij de categorie doorleveraars die aan veel apotheken leveren heeft IGZ nu een eerste peiling verricht of het kwaliteitssysteem gelijke tred houdt met de schaal waarop deze apotheken bereiden en of de apotheken zich beperken tot die middelen die echt nodig zijn naast handelspreparaten. De resultaten tonen aan dat de meeste apotheken nog niet aan alle eisen voldoen, maar nadere bestudering van de rapporten voedt het vertrouwen dat vele apotheken dat punt wel dit jaar nog zullen bereiken. Een enkele keer heeft IGZ bij haar inspecties onderdelen van de bereiding gestopt.
Met veel belangstelling zien KNMP en NVZA uit naar de resultaten van de aangekondigde herinspecties.

Wat kan de niet-bereidende apotheker met het rapport?
IGZ wijst in de Aanbevelingen de afnemende apothekers erop dat zij moeten controleren of de doorleverende apotheek aan de circulaire voldoet. Uitgaande van de uitkomsten van het onderzoek zou dat betekenen dat de afnemende apotheker alleen bij de goedgekeurde apotheken terecht kan. De omvang van de productie en hun logistiek van die apotheken zijn er echter niet op berekend dat zij alle apotheken in Nederland van bereidingen kunnen voorzien. Uitsluiten van de andere apotheken is op dit moment dus geen optie en ook niet aan de orde omdat IGZ bij ontoelaatbare situaties heeft ingegrepen.
Wij raden niet-bereidende apothekers aan het rapport van ‘hun’ doorleveraar te bestuderen en in gesprek te gaan over de voortgang van de verbeteringen. De LNA-mededeling Organisatie apotheekbereiding van juni 2011 geeft daarbij houvast.
IGZ geeft afnemende apotheken een tweede aanbeveling mee: ga met de voorschrijver in gesprek over de farmacotherapeutische rationaliteit. Tegelijkertijd stelt IGZ dat KNMP en de NVZA dit ook op koepelniveau moeten doen.

Wat kan de bereidende apotheker met het rapport?
De geïnspecteerde apotheken hebben met de inspectieresultaten aanknopingspunten om zo nodig hun kwaliteitssysteem te verbeteren. Doorleverende apotheken die niet zijn geïnspecteerd kunnen het samenvattende rapport en de afzonderlijke rapporten gebruiken om hun kwaliteit beter te borgen. Ook de LNA-mededeling Organisatie apotheekbereiding van juni 2011 geeft veel concrete details.

Voor vragen over dit onderwerp kunt u terecht bij de LNA-helpdesk (lna@knmp.nl)

Met vriendelijke groet,

Ruud Dessing
Plv. Secretaris Hoofdbestuur KNMP

Anoniem
01-07-2011 21:44
zegt:

Vaststelling van een nieuwe Geneesmiddelenwet

29359
NADERE MEMORIE VAN ANTWOORD

Ontvangen 19 december 2006


De leden van de PvdA-fractie vragen wat de waarde is van de bepaling
inzake ter hand stellen als het er feitelijk op neer komt dat er een centraal punt van vervaardiging is. Deze leden vragen of dit niet kan betekenen dat als er maar geproduceerd wordt door en voor apothekers er geen
vergunningplicht is. Tevens vragen deze leden wat moet worden verstaan
onder bereiden «op kleine schaal».
Apothekers zijn vrijgesteld van vergunningplicht voor de zogeheten
magistrale en officinale bereidingen, ook wel «eigen bereidingen»
genoemd. Deze vrijstelling vloeit voort uit Richtlijn 2001/83/EG.

De vraag is derhalve wat «eigen bereidingen» zijn. Om als eigen bereiding te kunnen worden aangemerkt is het in elk geval nodig dat zij rechtstreeks worden verstrekt aan de eigen patiënten van de apotheek.

Rechtstreeks houdt in dat deze geneesmiddelen niet eerst worden doorverkocht aan andere apotheken die het geneesmiddel feitelijk ter hand stellen. Tevens moet het gaan om eigen patiënten van de bereidende apotheek, niet om de patiënten van een andere apotheek.

Dit betekent onder meer dat,
uitzonderingen daargelaten, de bereidende apotheker de medicatie-
bewaking verzorgt, voorlichting geeft en ook de geneeskundige
behandelingsovereenkomst met de patiënt sluit. Incidenteel kan een
apotheek een geneesmiddel wel eens «collegiaal» bereiden.

Indien echter
alle bereidingen als hoofdactiviteit structureel niet rechtstreeks wordt
afgeleverd, en ook niet aan eigen patiënten, is geen sprake meer van
eigen bereidingen. Dan verschilt de situatie bij de bereidende apotheek
materieel niet van die bij een fabrikant of groothandelaar en is dus sprake van vergunningplicht.

De zinsnede «op kleine schaal» is ontleend aan artikel 40, tweede lid, tweede alinea van richtlijn 2001/83/EG.

Daarin staat dat de bedoelde vergunning niet vereist is voor bereidingen bestemd «uitsluitend voor verstrekking in het klein». Deze zinsnede is in de richtlijn niet nader gedefinieerd. In de Memorie van toelichting (29 359, nr. 3, blz. 18) en in de Nota naar aanleiding van het verslag (nr. 6, blz. 26) is uiteengezet aan de hand van welke feitelijke omstandigheden de schaalgrootte kan worden vastgesteld en hoe de Inspectie voor de gezondheidszorg daar mee omgaat.

--
Conclusie IGZ handhaaft de wet verkeerd.

“Dit betekent onder meer dat,
uitzonderingen daargelaten, de bereidende apotheker de medicatie-
bewaking verzorgt, voorlichting geeft en ook de geneeskundige
behandelingsovereenkomst met de patiënt sluit. Incidenteel kan een
apotheek een geneesmiddel wel eens «collegiaal» bereiden. Indien echter alle bereidingen als hoofdactiviteit structureel niet rechtstreeks wordt afgeleverd, en ook niet aan eigen patiënten, is geen sprake meer van eigen bereidingen. Dan verschilt de situatie bij de bereidende apotheek materieel niet van die bij een fabrikant of groothandelaar en is dus sprake van vergunningplicht.”

--



Memorie van
antwoord
Collegiale bereiding in de gevarenzone [Pharm
Weekbl. 2007;142(33)32-5]; Collegiale levering

[Pharm Weekbl. 2007;(34):8].

Nu KNMPsecretaris
Jos van Dalen verwijst naar de
parlementaire behandeling, is het een goed moment deze teksten te lezen. Dan blijkt in de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer van 19 december 2006 (29359F) de invalshoek van de wetgever niet de bereiding maar de bereider te zijn.
Te lezen valt op pagina 6 naar aanleiding van vragen van de
PvdA-fractie, dat gevreesd wordt voor een situatie waarin er maar geproduceerd wordt voor en door apothekers, omdat dit immers
zou betekenen dat er geen vergunningplicht is.

De minister antwoordt dan onomwonden
dat apothekers zijn vrijgesteld van vergunningplicht
mits ze leveren aan eigen patiënten.
Ze mogen zelfs geen eigen bereidingen
leveren aan patiënten van een andere apotheek.

“Incidenteel kan een apotheek een medicijn wel eens collegiaal bereiden. Indien echter alle bereidingen structureel niet rechtstreeks
worden afgeleverd, en ook niet aan eigen
patiënten, is geen sprake meer van eigen
bereidingen. Dan verschilt de situatie bij de bereidende apotheek materieel niet van die bij een fabrikant of groothandelaar en is dus sprake van vergunningplicht. De zinsnede
op kleine schaal is ontleend aan artikel 40,
tweede lid, tweede alinea van richtlijn
2001/83/EG.”

De wetgever kijkt in eerste instantie naar de bereider, niet naar de bereiding. Instituten als
Fagron en de Collegiale Bereider leveren niet aan eigen patiënten en zijn dus zonder meer buiten de wet. De niet-bereidende apotheken
zullen uiteindelijk ook in commercieel en juridisch zwaarder weer komen.

J.C. Kortekaas
Leidschendam, 25 augustus 2007

Anoniem
01-07-2011 21:56
zegt:

"De huidige wetgeving staat collegiaal leveren echter niet toe. Als Inspectie voor de Gezondheidszorg heb je dan twee opties. Eén optie is het strikt handhaven van de Geneesmiddelenwet waardoor zowel de beschikbaarheid van voor de patiënt noodzakelijke geneesmiddelen als de kwaliteitsverbetering door een meer gecentraliseerde productie, in de knel kunnen komen. De andere optie is om een gedoogconstructie op te zetten.

Daaraan is in 2007 vorm gegeven middels de circulaire grootschalig bereiden."

Aldus:

Prof. dr. G. van der Wal,
Inspecteur-generaal voor de Gezondheidszorg


Hier wordt de waarheid geweld aangedaan.

Uit de Memorie van Antwoord blijkt duidelijk dat

GROOTSCHALIGE

doorlevering niet is toegestaan.

En daar lijkt de IGZ nog steeds JUIST
op aan te sturen.

De gedoogparadox.

Anoniem
02-07-2011 11:14
zegt:

In 2007 was er nog een apotheek over in Nederland, die medicinale zuurstof thuis leverde bij patienten thuis.
De Davo apotheek, Vaillantlaan 106 te Den Haag. Deed dat al ruim 60 jaar.

De IGZ moest al jaren van Europa handelend optreden. Deed niets. Davo apotheek kreeg geen contract meer van CZ.

April 2007 liet ik me uitschrijven bij de IGZ na 31 jaar.

De IGZ, Nederlands nee tegen wetgeving:
----------------
Lachgas, Nederlands nee tegen Europa

Ingevolge een Europese richtlijn dient lachgas en abdere medische gassen als geneesmiddel te worden geregistreerd. [Pharm Weekbl. 2005;674-7].
Ondanks de parlementaire storm (Securitel-affaire) inzake het niet implementeren van Europese wetgeving, die de toenmalige minister
van Justitie Sorgdrager bijna haar politieke kop kostte, loopt de
Nederlandse overheid nog steeds niet warm voor het juridische Europa.
Lachgas valt hier nog steeds onder de warenwet en is gewoon in de supermarkt te koop, met bijlevering van slagroom.
Zonder enige waarschuwing voor gevaar bij kinderwens.
Het Ministerie van Sociale Zaken had echter al eerder alarm geslagen.
De commissie reproductietoxische stoffen van de Gezondheidsraad
bracht in mei 2000 rapport uit en gaf lachgas de waarschuwing
mee: categorie 3 R62 en R63.
Dat hield kort gezegd in:

mogelijk schadelijk voor de vruchtbaarheid, gevaar voor verminderde
vruchtbaarheid, mogelijk gevaar voor beschadiging van het ongeboren kind.
Wat lacherig zette ondergetekende een leeggespoten slagroomspuitbus
in het maakhok van de apotheek, ter illustratie van de lijst uit de Staatscourant met ARBO-gevaarlijke stoffen.
Na Softenon kunnen apothekers niet voorzichtig genoeg zijn.
Op pagina 653 van het zelfde PW opent de hoofdredacteur van het PW onder de kop ‘Voorbeeld’ met de historische zin:

“Ziekenhuisapothekers lopen voorop als het gaat om medicatieveiligheid”.

Lachgas is geen geregistreerd medicijn. Zes van de negentien verpleegkundigen van de afdeling verloskunde in
ziekenhuis Leyenburg kregen in de periode 1994-2004 kinderen
met ernstige geboorteafwijkingen, als gevolg van besmetting
met restanten lachgas.
En over de medicatiebewaking stelt de Inspectie in haar rapport
Het resultaat telt, dat de helft van de ziekenhuizen geen elektronisch
medicatiedossier voor patiënten heeft.
Zo is de ene helft een voorbeeld. Zo’n voorbeeld missen de
extramurale apotheken. Die hebben al vijftien jaar 100%.
J.C. Kortekaas
4 juni 2005, Den Haag

Anoniem
02-07-2011 18:05
zegt:

Het is nog erger. Uit de toelichting op de circulaire van de IGZ uit 2007:

7. Hoe gaat de Inspectie de circulaire handhaven?
De Inspectie zal vanwege het grotere afbreukrisico in eerste instantie die apothekers gaan
inspecteren die op grote schaal bereiden en landelijk doorleveren. Echter, voor alle
apothekers die ongeregistreerde geneesmiddelen doorleveren aan andere apothekers geldt
dat zij aan de circulaire-eisen moeten voldoen.
Met ingang van 22 augustus 2007, dit is de datum waarop de circulaire is verzonden,
wordt van alle apothekers die collegiaal doorleveren verwacht dat zij een plan van aanpak
opstellen voor de invoering van de circulaire-eisen in hun apotheek. Dit plan van aanpak kan
tussentijds tijdens inspecties worden opgevraagd.
Na een overgangstermijn van 12 maanden c.q. met ingang van 22 augustus 2008, wordt
van de apothekers verwacht dat zij aan de eisen voldoen.

--En dit geldt ook voor de ziekenhuisapotheken.

Anno 2011 zijn er sinds 2008, de fatale handhavingsdatum, 3 jaar verstreken en wat gaat de IGZ doen?

En de KNMP? Doelmatigheid is nu het hoogste doel, de kwaliteit kan de boom in. En aan diezelfde boom wordt de patiënt opgeknoopt. Als het Budget maar wordt gehaald.

Hoe geloofwaardig kom je dan nog over als belangenbehartiger?

En de beruchte circulaire 2007 is overigens vorig jaar ingetrokken zonder te zijn vervangen.

We moeten leren leven als de Grieken om te overleven als apothekers.

Back to top