Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

Subcutane toediening beter dan tablet

PW Magazine 09, jaar 2013 - 01-03-2013
Bij seizoensgebonden allergische rhinitis kan immunotherapie met graspollenallergenen beter subcutaan worden toegediend dan sublinguaal. Dit blijkt uit een indirecte vergelijking van placebogecontroleerd onderzoek.
Subcutane toediening beter dan tablet

Seizoensgebonden allergische rhinitis, een allergie tegen graspollen, is een van de meest voorkomende allergische aandoeningen. Klachten van rhinitis en conjunctivitis worden meestal symptomatisch behandeld met antihistaminica of lokale corticosteroïden. Wanneer dit niet voldoende helpt, is immunotherapie een optie. Hierbij worden graspollenallergenen in lage doseringen toegediend, waardoor de patiënt minder gevoelig wordt voor het allergeen. Graspollenallergenen zijn beschikbaar als subcutane immunotherapie (SCIT) en sublinguale immunotherapie (SLIT).

Beide toedieningsvormen zijn in placebogecontroleerd onderzoek effectief gebleken. In de VS wordt vooral SCIT toegepast, omdat alleen deze toedieningsvorm is goedgekeurd door de FDA. In Europa daarentegen wordt veelvuldig SLIT voorgeschreven, vanwege het gebruiksgemak en de veiligheid.

Direct vergelijkend onderzoek tussen SCIT en SLIT ontbreekt echter. Italiaanse onderzoekers voerden daarom een meta-analyse uit van studies naar SCIT en SLIT met graspollen, waarbij ze de resultaten van SCIT en SLIT indirect met elkaar vergeleken [J Allergy Clin Immunol. 2012;130(5):1097-107]. In totaal gebruikten zij data uit 36 gerandomiseerde dubbelblinde placebogecontroleerde studies met 3014 patiënten en 2768 controles.

Het effect van immunotherapie op de symptoomscore was significant voor zowel SCIT als SLIT. Het effect van SCIT (gestandaardiseerd gemiddeld verschil (SMD) -0,92) was echter significant groter dan van SLIT, zowel in de vorm van druppels (SMD -0,25) als tabletten (SMD -0,40). Ook leek bij SCIT het gebruik van rescue-medicatie sterker af te nemen dan bij SLIT. Zoals verwacht kwam bij SCIT vaker een anafylactische reactie voor (12 van de behandelde patiënten) dan bij SLIT (1 patiënt). Het totale aantal bijwerkingen was bij SLIT echter twee keer zo hoog als bij SCIT. Dit is opvallend, omdat het minder optreden van bijwerkingen een van de redenen zou zijn om SLIT te verkiezen boven SCIT.

De auteurs concluderen dat SCIT met graspollenallergenen effectiever is dan SLIT bij patiënten met allergische rhinitis. Direct vergelijkend onderzoek is nodig om deze resultaten te bevestigen.

Document acties

Back to top