Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

Geen grond voor zorgen over GLP-1-agonisten

PW Magazine 32/33, jaar 2013 - 29-07-2013
De CHMP heeft geen aanwijzingen gevonden dat GLP-1-agonisten het risico op bijwerkingen op de alvleesklier vergroten.

De Committee for Medicinal Products for Human Use (CHMP) maakte op 26 juli bekend dat zij haar onderzoek naar deze risico’s van glucagonachtig peptide-1-agonisten (waaronder exenatide en liraglutide) heeft afgerond. De commissie concludeert dat de thans beschikbare gegevens niet wijzen op een verhoogd risico.

De CHMP begon aan het onderzoek na publicatie van een onderzoek waarin GLP-1-agonisten en remmers van dipeptidylpeptidase-4-remmers (DPP4) waren geassocieerd met een toename van pancreatitis en pancreasgang-metaplasie. Hoewel het onderzoek in kwestie een aantal methodologische tekortkomingen kende die de interpretatie bemoeilijkten, stelt de CHMP na onderzoek van alle beschikbare niet-klinische en klinische gegevens vast dat de evidence betreffende bijwerkingen op de alvleesklier door op GLP-1 gebaseerde therapieën niet is veranderd. Klinische studies wijzen evenmin op een toename van alvleesklierkanker, al is het aantal meldingen nog te klein voor gedegen conclusies.

Waarschuwingen voor alvleesklierontstekingen zijn al opgenomen in de productinformatie van alle GPL-1-diabetesmiddelen. Verschillende studies naar de risico’s van deze medicijnen zijn of worden gestart en sinds 2011 lopen twee grote onderzoeken naar de risico’s van diabetesbehandeling in het algemeen en in relatie tot de alvleesklier.

Document acties

Back to top